Art. 13:4 § 1. De besluiten van de organen bedoeld in artikel 13:2, §§ 1 en 2, hebben enkel uitwerking indien de verkrijgende rechtspersoon of rechtspersonen de inbreng aanvaarden.
Indien het om een VZW of een IVZW gaat, moet het besluit worden genomen volgens de vereisten bedoeld in artikel 13:2, § 1, indien het om een stichting gaat volgens de vereisten bedoeld in paragraaf 2 van hetzelfde artikel en, indien het om een andere rechtspersoon gaat, door het bevoegde orgaan volgens de vereisten bedoeld in de wettelijke, regelgevende of statutaire bepalingen die erop van toepassing zijn.
§ 2. De notulen van de organen van de partijen bij de verrichting worden in authentieke vorm opgemaakt tenzij het om een universiteit of om een publiekrechtelijke rechtspersoon gaat.
§ 3. Deze notulen worden bij uittreksel neergelegd en bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 2:9, 2:10, 2:11, 2:15, 2:16 of 2:17 naargelang het om een VZW, een IVZW of een stichting gaat en in voorkomend geval overeenkomstig de regels die van toepassing zijn op de verkrijgende rechtspersoon indien zij een andere rechtsvorm heeft.